In WO I ( 1914..1918) besloot het Rijk dat er een zendstation voor radiotelegrafie moest komen voor de communicatie met het toenmalige Nederlands Indië. De P.T.T. werd bouwheer en al spoedig zaten zij met de Provinciale Gelderse Electriciteits Maatschappij (PGEM, thans NUON) en de leverancier van de zendinstallatie rond de tafel. Er bleek een enorm elektrisch vermogen nodig te zijn voor een dergelijk zendstation. Als locatie werd Kootwijk gekozen, uitstekend om te kunnen zenden maar uiterst onpraktisch om van vermogen te voorzien.
In die dagen ging men er van uit dat het stroomverbruik op de Veluwe erg beperkt zou blijven en dat de centrales van Arnhem en die van de NV., Elektriciteits-maatschappij Overveluwe te Ermelo met 10 kV kabels de gehele Veluwe wel bedienen konden. Maar met Kootwijk erbij was hier geen denken aan. De enige centrale die genoeg vermogen had om Kootwijk te voeden, was die van Nijmegen. De afstand Nijmegen / Kootwijk was veel te groot om een behoorlijk vermogen op 10 kV niveau te transporteren. 50 kV was een meer aangewezen spanning, maar slechts de provincie Brabant had hier prille ervaring mee op gedaan. Door materiaal schaarste ( WO I) liep het in Kootwijk met de zendinstallatie niet vlot maar ook de levering van 50 kV materiaal voor de verbinding stagneerde. Juist in deze tijd naam het stroomverbruik op de Veluwe met name Apeldoorn enorm toe en men vroeg zich af of 10 kV, ook zonder Kootwijk, überhaupt nog wel toereikend zou zijn. Het besluit kwam om een Ultra Hoogspanningsnet van 50 kV te bouwen. In 1922 kwam de verbinding Nijmegen / Lent / Arnhem / Apeldoorn in bedrijf, welliswaar nog op 10 kV niveau, maar in 1924 werd de spanning opgekrikt naar 50 kV.
Later volgde er een 50 kV verbinding Lent / Ede, in Ede nam de behoefte door de opkomende industrie sterk toe. De verbinding Ede / Kootwijk kwam in 1930 tot stand en die van tussen Apeldoorn en Kootwijk in 1931. Kootwijk kon nu van twee kanten gevoed worden. Viel bijvoorbeeld de lijn Lent / Apeldoorn uit dan kon die van Lent / Ede het werk overnemen. Het Ultra Hoogspanningsnet werd zoveel mogelijk gebouwd met indentieke 50 / 10 kV Stations.
Op de foto's van Kootwijk zien we een 50 kV openlucht station met de 50 / 10 kV transformatoren ( waar over later meer) de schakelaars, scheiders en aarders etc. en een hoofdgebouw waarin de 10 kV installatie, de bedienings ruimte en de regeltransformatoren ( waarover later meer) zijn onder gebracht.
De bediening kon ook op afstand vanuit Apeldoorn geschieden.
De 50 kV Transformatoren ( zie foto, geribde kasten met daarop duidelijk zichtbare schuin opgestelde doorvoer isolatoren) hadden de volgende kenmerken.
Eénfase 1700 kVA, olie-gekoeld, 50 / 10 kV , 3 stuks werden in Dd geschakeld. Of in eerste instantie ( zoals op de foto) 2 stuks in open V. Later, bij toename van de vermogensvraag, kwam er dan een derde bij en werd de driehoek gesloten. Uiteindelijk worden er 6 stuks ( dus twee driefasen banken) opgesteld.
In de 50 kV wikkeling is geen regeling voorzien. De 10 kV is omklembaar , 10,0 / 10, 3 / 10,6 kV.
De 50 kV wikkeling wordt beproefd met een aangelegde spanning van 150 kV gedurende 1 minuut. Met geïnduceerde spanning wordt op 200 % beproefd ( uiteraard met minimaal 100 Hz) gedurende maar liefst 5 minuten.
De kortsluitspanning bedroeg 6,1 % en het rendement was 98,7 % bij vollast en een cos. phi van 1.
Binnenwerk montage van een transformator gemaakt door Smit Transformatoren, zoals geleverd voor het 50 kV station Kootwijk (1930). Bron: Stichting Willem Smit Historie Nijmegen.
In het hoofdgebouw staan 2 driefasen regeltransformatoren van 5000 kVA 10 / 10 kV + - 10 % . Deze konden onder belasting regelen. Er was één 10 kV-rail voor ongeregelde spanning en één voor geregelde spanning (de regelaars "hingen" hier dus tussen). Voorst was er nog een olie-net transformator 10.000 / 380 V. voor het eigen bedrijf voornamelijk bestaande uit verlichting, elektrische verwarming en de laadinrichting van de 110 V. accumulator batterij ( ten behoeve van de schakelmagneten de en noodverlichting). Alle transformatoren werden geleverd door Smit Transformatoren.
Foto's van het hoofdgebouw van het 50 kV station in Kootwijk in 1930. Het 50 kV station leverde stroom aan de plaatsen Ede, Nunspeet, Apeldoorn en Radio Kootwijk en werd ontworpen door Hendrik Fels (1882-1962).
Plattegrond van het 50 kV station in Radio Kootwijk
In 1934 werd het 50 kV station van Radio Kootwijk bezocht door de leden van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs. Hieronder een krantenknipsel die aan dit bezoek herinnerde.
Bron: Vaderland, 06-06-1934
50 kV transformatorengebouw met "schakeltuin"
Opheffing 50 kV station Kootwijk
Op 24 januari 2001 werd een begin gemaakt met de sloop van de hoogpanningsleidingen in Kootwijk door de NUON. De sloop was een direct gevolg van de opheffing van zendstation Radio Kootwijk. Toen dat nog operationeel was vergde dit station zoveel stroom dat het vanaf 3 kanten (Apeldoorn, Ede, Nunspeet) bevoorraad moest worden met hoogspanningsleidingen van ieder 50 kV (kilovolt). Zonder zendstation Kootwijk kon men het af met 10 kV, waardoor geen hoogspanningsleidingen meer nodig waren.
Industrieel erfgoed
Jan-Willem Udo van Radio Kootwijk stuurde mij onderstaande foto's van de gebouwen van het 50 kV station uit zijn collectie. De foto's zijn gemaakt in 2005, dus enkele jaren na de opheffing van het station. De gebouwen liggen er verlaten bij.
Bron: Jan-Willem Udo Radio Kootwijk
In 2007 maakte Jan-Willem nog een aantal foto's en dit geeft het verval weer van dit industrieel erfgoed, maar het laat tevens ook zien hoe het gebouw er van binnen uit zag, het interieur, enkele machines en schakelkasten.
Geschreven door Erik de Vries. Bron : Geschiedenis van de Provinciale Geldersche Electiciteits-Maatschappij 1915 - 1940. druk : C.J. Thiemen te Nijmegen 1945.
Foto's: archief Radio Kootwijk. Met dank aan Jan-Willem Udo. Zie ook het vervolg "Tussen zand en zenders" gemaakt door Jan-Willem Udo.
Oproep:
Mocht iemand nog originele oude foto's uit de begintijd van het 50 kV station van Radio Kootwijk in bezit hebben (transformatoren, interieur, machines) dan mag u die altijd opsturen (liefst per e-mail) naar: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. Ik plaats ze dan bij dit artikel.
Rudo Hermsen
Reacties mogelijk gemaakt door CComment